Een online herdenking
Dit jaar geen klassieke herdenking door de coronacrisis. De vzw 5 april 1943 en de stad Mortsel hebben de handen in elkaar geslagen om een online herdenking te organiseren. Het resultaat is hier te bekijken:
Dit initiatief was nooit mogelijk geweest zonder onze vzw. Lid worden en ons zo steunen, kan nog steeds via deze link!
Hieronder vind je enkele uitgeschreven teksten uit de herdenking.
Erik Broeckx, burgemeester Mortsel
Beste Dames en Heren,
Beste trouwe 5 april- herdenkers,
Beste jongeren die het verhaal van 5 april moeten ontdekken om het door te vertellen,
Het coronavirus verandert momenteel het leven in ons land dramatisch.
Sinds de Tweede Wereldoorlog is er voor ons land en onze stad geen grotere uitdaging geweest waar de noodzaak aan gezamenlijke solidariteitsactie zo essentieel was. Ik wil jullie oprecht voluit danken voor jullie inzet om de gevraagde maatregelen te respecteren.
Ons idee van vrijheid en ons idee van het gewone leven wordt op de proef gesteld als nooit tevoren.
Velen van jullie kunnen niet naar je werk, je kinderen kunnen niet naar school of kinderopvang, winkels, restaurant en cafés zijn gesloten… En misschien wel het moeilijkste, we missen allemaal de ontmoetingen, de sociale contacten, die zo vanzelfsprekend zijn. Ontmoetingen met je kinderen, kleinkinderen, met je vrienden, met je buren…
En vandaag in het bijzonder, je ontmoeting met het ‘verleden en de herinnering’ tijdens de 5 april-herdenking.
Want ook de jaarlijkse ontmoeting rond de honderden 5 april- kruisjes op het kerkhof te Mortsel is een belangrijk sociaal moment dat niet kan doorgaan. Het moment waar velen zich verbonden voelen met lotgenoten, met het verleden en samen de hoop koesteren voor een vredevolle toekomst. Daarom koos het lokaal bestuur van Mortsel, samen met de vzw 5 april 1943, om via digitale weg een herdenkingsmoment aan te bieden.
Dames en Heren,
In naam van het stadsbestuur heet ik jullie allen welkom op dit digitale herdenkingsmoment.
De datum van 5 april 1943 staat diep gegrift in de Mortselse geschiedenis… ook vandaag 77 jaar later.
Twee generaties zijn er ondertussen al voorbijgegaan, maar de rampzalige lentedag blijft onuitwisbaar in het geheugen van wie zelf het bombardement onderging, of er nadien met eigen ogen de tragische gevolgen van te zien kreeg.
Vele weten nog exact waar zij zich bevonden, wat zij aan het doen waren…op die mooie lentedag, maandag 5 april 1943 om halfvier in de namiddag. De Erla-fabriek was het mikpunt van de 82 geallieerde bommenwerpers. Grote grijze wolken van stof en rook vormden zich op enkele seconden. Brokstukken van muren vlogen door de lucht, gebouwen stortten in, vuurhaarden ontstonden, drie scholen werden zwaar gebombardeerd. 936 mensen vonden de dood, waaronder meer dan 200 kinderen.
Haast geen enkel gezin te Mortsel ontsnapte aan de trieste gevolgen van de grootse ramp van onze stad.
Dat wij als Mortselse gemeenschap dit nooit wensen te vergeten tonen de vele projecten die door onze stad de voorbije jaren ter nagedachtenis van 5 april 1943 werden opgezet. Wij hopen hierdoor dat het ‘collectief Mortselse geheugen’ werd doorgegeven aan een volgende jonge generatie Mortselaars. Het zijn die jongeren – die samen met ons- de vredesboodschap moeten verder dragen. Want het 5 aprilverhaal is het verhaal van gruwel, van waanzin, van zinloos geweld. Het 5 aprilverhaal is een universeel verhaal.
Dames en Heren,
Ook willen wij vandaag even stilstaan bij het drama van de V-bommen te Mortsel. Nu we 75 jaar later zijn, willen we de herinnering aan deze tragische gebeurtenis niet zomaar voorbij laten gaan.
In totaal kreeg Mortsel meer dan 40 V-bommen te verduren met als gevolg 83 dodelijke slachtoffers, bijna 300 gewonden en honderden beschadigde huizen.
Oorlog en Vrede zijn zo dichtbij…
Ook vandaag herhaald zich de geschiedenis ergens in de wereld, en vallen er duizenden onschuldige slachtoffers in een waanzinnige oorlog.
Laat ons samen – ook in deze coronatijden – het V-bommendrama én het 5 april-bombardement niet vergeten maar herdenken omdat de “Nooit meer Oorlog”-gedachte door verschillende generaties Mortselaars …. aan Vlaanderen, Europa en de Wereld moet doorgeven worden!
Bedankt voor jullie digitale aanwezigheid.
Hou jullie gezond en wel. Wij ontmoeten ons zeker volgend jaar op de 78ste herdenking.
Jef Van den Broeck, bommen op Mortsel
Enkele weken voor zijn onverwacht overlijden op 26 november 2019, schreef de bekende ruimtelijke planner en stedenbouwkundige Jef Van den Broeck -echtgenoot van Annemie Hammenecker en geboren en getogen in Mortsel- deze aangrijpende tekst. Jef was amper drie jaar toen.
Mijn leven begint op 5 april 1943 als de bommen op Mortsel inslaan. Dat van 900 anderen is voorbij. Mijn eerste herinnering. Mijn zusje Jeanine is één maand oud en op die eerste mooie lentedag wandelen mama, ikzelf en mijn zusje in de kinderwagen van de Liersesteenweg 107 naar de Statielei 73. Hier wonen en werken tante Jeanne, zuster van moeder en nonkel Jef. Het zijn drankverdelers en toen ook nog bottelaars.
Ik zie de smalle kasseiweg naar Lier met prachtige platanen. We wandelen over de verdiepte spoorweg Antwerpen – Brussel, naar de ook smalle Statielei met de ruige wilde kastanjes die in bloei staan en het ‘bazarke of rood winkeltje’ met speelgoed. De zon schittert op het brede voetpad en kleurt de gevels van de houten huizen. We zitten in de diepe tuin en plots roept mijn andere tante ‘kijk ballonen’ en dan barst de aarde.
We vluchtten holder de bolder in het souterrain onder het verbleekte huis. Mijn oudere zus, Gaby komt aangelopen. Ze komt uit Saint Vincent, de meisjesschool in de Edegemsestraat. Ze liep er weg toen de eerste bommen vielen. Mijn ouders hadden haar gezegd dat ze dat moest doen als er iets gebeurde. Nadien valt er een bom op de school. Gaby passeert een brandende bus op het gemeenteplein met roepende en huilende mensen, ziet gekwetsten en doden. Alles brandt.
Mijn vader komt in paniek binnen langs het luik dat toegang geeft tot de kelder. Ik zie hem binnenkomen en kijken. Hij was in Kontich waar hij als gemeentearchitect werkt. Hij koerste met zijn fiets naar de Statielei terwijl hij de bomen zag vallen. Tante Jeanne is in paniek. Haar jongste zoon Guido De Backer komt maar niet thuis. Nonkel Jef gaat hem zoeken en vindt hem in de jongensschool tussen de tientallen dode kinderen en draagt hem in zijn armen naar huis.
We horen een beetje later dat de zuster van mijn vader, tante Frieda, zwaargekwetst is. Ze zal haar hele leven mank lopen. Maar ze leeft. Het zijn Amerikaanse bommenwerpers die zich vergisten. In plaats van de ‘Erla’, een herstelplaats voor Duitse vliegtuigen, wordt het dorp getroffen. Een jarenlang trauma voor elke Mortselaar.
Nog steeds maakt het bombardement deel uit van het DNA van onze familie.
Hermine Couvreur, gedichten
Uit de bundel ‘Spuit aarde over puin’
collateral damage
ze vernauwen het bewustzijn
suiker van de zwarte markt smaakt zoet
in alle tijden vallen mensen
tussen wal en schip
klas
Esther is afwezig, niemand vraagt naar Ruth
het zwijgen overbrugt de lege plaatsen
wie overblijft als een krijtstreep op het bord weet
geschiedenis wordt blind en stom geschreven
de som van de afwezigen niet berekend
ter ere van de slachtoffers van de V1 en V2 bommen op Mortsel, 75 jaar geleden
bestaansrecht
namen te klein om geschiedenisboeken te halen
namen op aktes in dode archieven
namen die leven als we ze uitspreken
mannen vrouwen kinderen in bloedende straten
door de oorlog omhelsd en meegevoerd
de vragen blijven
geen antwoorden die inslaan
slechts namen
die boven deze stille grond
zweven
Pieter Serrien, even naar de lucht kijken…
Waarom herdenken wij? Om niet te vergeten, hoor je vaak. En zo simpel is het. Wat in Mortsel 77 jaar geleden gebeurd is, mogen we niet vergeten. Dat willen we hier niet. Dat kunnen we hier niet. Dit jaar zou een bijzondere herdenking worden, zowel in teken van het bombardement van 5 april 1943 als in het teken van de V-bommenterreur.
Want dit moet je je voorstellen. De mensen die 77 jaar geleden getuigen waren van het Amerikaanse bombardement op onze stad, werden 75 jaar geleden getroffen door Duitse vergeldingswapens. De Fredericusstraat viel op 5 april net buiten het rampgebied, maar op 2 december 1944 doodde één V1 acht mensen uit dezelfde familie. In het Sint-Jozefziekenhuis waar zo veel gewonden op 5 april werden geholpen, viel op 8 maart 1945 een vliegende bom: 31 doden.
Jos Vloebergen zat op 5 april 1943 in de Guido Gezelleschool. Terwijl hij aan het turnen was zag hij in de lucht vliegtuigen naderen, waarna er kleine zilveren bolletjes uitvielen. Hij verloor verschillende klasgenootjes, maar ook zijn mama. Jos getuigt: ‘Ze vonden haar op de trap naar de kelder onder het puin van ons huis. Ze leek ongedeerd, maar haar longen waren geëxplodeerd door de luchtdruk. Zo werd ze overgebracht naar onze school, waar alle lijken verzameld werden. En wij… wij stonden daar.’ Eind februari 1945 was Jos aan het spelen in ’t Parkske, waar de puinresten van de gebombardeerde Sint-Vincentiusschool nog zichtbaar waren. Plots hoorden de spelende jongens lawaai en zagen ze in de lucht een Duitse V1 overvliegen. Ze liepen snel weg. Jos vertelt: ‘Plots stopte de motor. Ze viel aan de afgebroken spoorwegbrug. We hoorden het ene doffe geluid na het andere, een regen van shrapnels. Uit de bank waarop we voordien aan het spelen waren, was een stuk. Als we daar waren blijven zitten…’ Twee mensen kwamen om bij deze inslag.
Niet ver daarvandaan zou op 27 maart 1945 de laatste Duitse V-bom op Antwerpen vallen. Een V2-raket was het deze keer. Die viel op de hoek van de Antwerpse- en Lieven Gevaertstraat. Balans: 23 doden. De meeste slachtoffers vielen achter dezelfde woning. Daar had een familie net na het bombardement van 5 april een schuilkelder laten bouwen, in de hoop daar veilig te zijn. Daar zaten ze met z’n allen. Nieuw gevaar uit de lucht doodde hen allemaal samen.
Bij het voorbereiden van deze herdenking heb ik nog eens wat oude getuigenissen doorgenomen. Steeds opnieuw word ik geconfronteerd met de hardheid van het bombardement. Plots werden geliefden weggerukt. Plots kon je niet meer jezelf zijn, moest je groot worden, verder gaan ook al had je zo veel verloren. 936 levens hielden op. Nog veel meer werden voor altijd getekend. Thilda Kuypers getuigde in Tranen over Mortsel: ‘Die avond van 5 april zag ik mijn buurmeisje thuisbrengen op een brancard, een grijze deken eroverheen. Ze was dood. Dat was het afschuwelijkste: nadien te moeten vernemen dat al die kinderen, met wie je normaal speelde, dood waren. Ieder jaar op 5 april beleef ik het opnieuw. En ik heb dan altijd de neiging om, zo rond halfvier, weer naar de lucht te kijken.’
Laten we dat vandaag doen. Ons teken om te herdenken, samen met Thilda en al die anderen die het hebben meegemaakt: even naar de lucht kijken. Even stilstaan bij wat er 77 jaar geleden is gebeurd.
Hartelijk dank, vzw-bestuur en stad, voor deze mooie herdenking. Ik zal straks ook naar de lucht kijken – wellicht geen wolkje aan de hemel…
LikeLike
Een zeer gewaardeerd en geslaagd initiatief. Kijkend naar de hel blauwe lucht vandaag zal ik rond 15u30 met mijn gedachten in Mortsel zijn.
LikeLike
Toch een zeer zinvolle herdenking in deze tijd. Rond 15.30 u kijk ik ook naar de lucht.
LikeLike
Ik was op de st. AGNES school in Mortsel aan het turnen die dag
Ik heb de vliegtuigen gezien. Ook de zilveren
punten ( die bommen waren )
We zijn dan gaan schuilen in de beroepsschool daarnaast
Daar vertelde men dat heel.Mortsel plat was.
Iedereen dood. En mijn familiewoonde op 5 minuten van de school. Dat was een drama.
Een uur heb ik moeten wachten
Toen kwam mijn vader. Gelukkig mijn familie was ernog.
Bakker kwam voorbij : met zijn kind in de
Bakkersmand
Helaas …….. enz.
Florence
LikeLike
Toevallig was ik daarstraks bij een klant, Regina Francq. 88 jaar. Ze woont al jaren in Meerhout. Ik volg ondertussen al een hele tijd deze pagina. Ze vertelde me dat ze van ‘den oude God’ afkomstig was en in 47 naar de unief van Gent ging, 2 jaar na de oorlog dus. Ik vroeg haar, heb jij iets meegemaakt onder de oorlog. Tuurlijk zei ze, ik zat in t zesde leerjaar toen de bom op onze school viel. De helft van mijn klas was dood. En zuster Roza ook. Het ergste was , een tijdje erna moesten wij onze plechtige communie doen. En onder ouders van de overleden kindjes waren bij de plechtigheid. Dat was een trieste dag. Nooit zal ik dat vergeten. Maar het frappante was, al de huizen waren kapot en toch begon men met goede moed de huizen direct te repareren, alsof het de normaalste zaak was.
Ik dacht dit moet ik hier vertellen.
Groetjes, Carine
LikeLike