28 jaar
°17/01/1915, Leopoldsburg
woonde in Niel, Statiestraat 177
was leerkracht van het 6de leerjaar van Sint-Vincentius
kwam om samen met bijna heel haar klas
overleed aan haar verwondingen in het Sint-Elisabethziekenhuis
Omdat de familie van Bertha in het verzet actief was, waren ze gekant tegen een plechtigheid waar ook de Duitsers aanwezig waren. Maria Vander Kerken: ‘Toen heeft mijn papa gezegd: “Dat nooit!” ’s Nachts hebben wij het lichaam van mijn zus weggehaald met een camionette. Ze is begraven in Niel, in een gewoon graf.’ Enkele weken later werd Maria opnieuw geconfronteerd met het verlies van haar zuster. Toen ze alleen thuis was, werd er aangebeld. Maria Vander Kerken: ‘Er stonden twee Duitsers aan de deur met een grote papieren zak. Daar zaten al de kleren van mijn zuster in, vol gedroogd bloed. Eén schoen stak erbovenop. De schoen die zo nog aanhad. Wat moest ik daar in godsnaam mee doen? Mijn ouders mochten niet zien dat ze dat teruggebracht hadden. Nog meer verdriet. Ik heb alles in een grote kachel gestoken, petroleum op gespoten en in brand gestoken. Tegen dat ons ma thuiskwam, om zeven uur, zei ze: “Maar kindje toch, foei, zo met de warmte spelen! Dat is verkwisten!” Ik zei: “Ja, ma, ik wilde een cake bakken, maar vond geen zelfrijzende bloem.” Nooit heb ik dat verteld. Niemand heeft dat geweten. Nu vind ik dat je dat wel mag weten, na zoveel jaren.’
Tranen over Mortsel, p. 317-319.