Onze oproep om foto’s en verhalen van alle 936 slachtoffers te verzamelen wordt gehoord! Vzw-lid Camiel Jacobs bracht ons in contact met Piet Daman, die een aangrijpende getuigenis over zijn speelkameraadje Jeannine De Schrijver deelde. Terwijl hij vertelt, toont hij onderstaande foto: ‘De foto dateert van begin september 1942, zeven maanden voor het bombardement. Ik (°1937) zit daar met mijn broer Fred (°1936) achter Jeannine.’

Piet vervolgt zijn verhaal: ‘Zij was enig dochtertje van Louis De Schrijver, collega en vriend van mijn vader Leon Daman. Beiden waren O/Off Beroepsmilitair bij de getrokken Zware Artillerie 1ste Regiment, gelegerd in Fort 4. Ze namen deel aan de Achttiendaagse Veldtocht vanuit mobilisatiekantonnement Kessel op de KW Linie, vervolgens Gent/Schelde, Leie… maar werden dan krijgsgevangen genomen, afgevoerd naar Duitsland en na een aantal maanden naar gevangenenkamp Stalag II C (met Arbeits-cdo’s) omgeving Greifswald – Oost Pommeren.’
‘Jeannine bleef met haar moeder in een appartementje, op de 2de verdieping in een huurhuis Edegemsestraat. Onze moeders hadden regelmatig contact, vooral bij ons thuis. Ook wij huurden, in de Voorspoedlei 25, maar hadden wel een tuin. Onze moeders ondersteunden elkaar. Jeanninneke kwam graag naar ons. Zo werd ze een gewaardeerd lotgenootje en speelkameraadje.’

‘Mijn broer en ik liepen school in de Lieven Gevaertschool, Fred in 1ste Jongens, ik in het 2de kleuter in de meisjesafdeling bij Zuster Celesta. De zeer zonnige dag van het bombardement, op het eind van de namiddagspeeltijd begon het; allen snel naar de kelder waar wij het bombardement met ontploffingen akelig dichtbij meemaakten. Ons moeder was bij de eersten om ons op te halen. Mijn grootvader had haar kunnen beletten om door de bommen naar school te rennen. Op weg naar huis, juist voor de Antwerpsestraat, begon het opnieuw. Weer waren er ontploffingen verderop en schuilden we in een huis begin Deurnestraat . Het bleken gasflessen te zijn die door de brand ontploften. Langs de Antwerpsestraat naar de Spoorwegbrug toe en aan het Lindenhof was er veel schade en woedden er hevige branden. Op weg naar huis kruisten we heel wat, soms zwaargekwetsten, helemaal onder het bloed en verdwaasd, ondermeer een man die een afgerukte arm krampachtig tegen zich aandrukte. Door onze straat voerden men gekwetsten (en doden?), vooral vanuit de Erla-fabriek, aan, wellicht voor verzorging naar huis van dokter Van de Put en de apotheek op de Antwerpsesteenweg. Dat gebeurde met diverse vervoermiddelen, zelf kipwagentjes voor straatwerken.’
‘Al snel vernamen we de drama’s van de scholen. Recht tegenover ons woonde de familie Depoorter. Hun dochtertje Jacqueline van mijn leeftijd was stierf in Sint-Vincentius. Haar vader bracht haar lichaam op een deur naar huis… Yvan Kokken, die op het 3de boven ons woonde, was met de oudsten van Lieven Gevaertschool voor “sportnamiddag” op de terreinen van Oude-God Sport, waar ze het bombardement van dichtbij meemaakten. Lucienne (14?) en Jacqueline (7?) Claeys van naast ons, overleefden het in de “zustersschool”. Andere kinderen uit de buurt zoals Simone Vandenbusche (7) naast ons, meestal Lieven Gevaertschool, ook.’
”s Anderdaags was een triestige regendag. Mijn moeder, broer en ik zijn “op zoek” gegaan naar Jeannineke in het centrum van Mortsel: soms nog brandende, smeulende ruïnes; (half)verbrande (verkleinde) lichamen; hulpploegen aan het werk; enkele rijkswachters op patrouille; mensen met stootkar met wat huisraad. Het huis in de Edegemsestraat was vernield. Het stond nog recht maar de voorgevel was volledig weg. Mevrouw Deschrijver had het overleefd. Jeannine was opgebaard in het huisje van haar grootouders, één van de kleine oude huisjes aan het begin van de Edegemsestraat aan de linkerzijde. Het huisje was ook erg beschadigd, het regende er binnen. Via mijn zus heb ik later vernomen dat ons moeder Jeannine heeft gevonden op de speelplaats van haar school. Ze lag niet onder het puin, maar ergens op de koer tegen de haag. Zij was schijnbaar niet gekwetst, wel helemaal blauw en wellicht door de luchtdruk van de ontploffing van de zware bom weggeslingerd en gedood door de schok. Zover ik me herinner was ik daar niet bij.’

‘Mortsel, dat toen deel uitmaakte van Groot Antwerpen van de Duitse Organisatie, werd snel Sperrgebiet. Communicatie was moeilijk. Trams 7 en 15 stopten aan de Paterskerk. De Duitse propaganda baatte de situatie uit en sprak van “duizenden doden” door de Amerikaanse bommen. In het krijgsgevangenenkamp Stalag II C bij Greifswald zaten samen met onze vaders nog heel wat andere militairen uit Mortsel en omgeving. De reeds beperkt toegestane en streng gecontroleerde briefwisseling werd voorlopig opgeschort. De mannen bleven dagen zonder rechtstreekse informatie over hun familie. Mijn grootvader was er in geslaagd bij ons te geraken. Hij was tijdens de Eerste Wereldoorlog zelf vier jaar krijgsgevangen geweest en kon uiteindelijk via familie mijn vader op de hoogte brengen. Een negentienjarige kozijn was lid van de Vrijwillige Arbeidsdienst van Vlaanderen, gelegerd in barakken in een “kasteelpark” langs de Jozef Hermanslei. Hij was van dienst in de Harmonie bij de identificatie van dodelijke slachtoffers van het bombardement, waar hij hartverscheurende scènes meemaakte.’
‘Het is de eerste maal dat ik mijn herinneringen neerschrijf. Er werd wel soms over gesproken en door mij occasioneel verteld (onder meer als gids WO2) in die voorbije 82 jaar. Het resultaat is wellicht een verweving van persoonlijke belevenissen en waarnemingen en informatie (onder meer van familieleden) over deze intens en emotievol beleefde periode , waarvan sommige passages mij nog klaar voor de geest staan…’
‘Het leven ging door of “hernam zich”. In mei 1945 kwamen de krijgsgevangene terug, de “bevrijding” van die van Stalag II C door het Russisch leger en hoe ze op diverse wijzen thuis geraakt zijn, is een ander verhaal… Het echtpaar De Schrijver kreeg terug een kindje , een meisje dat ook de naam Jeannine kreeg. Bij ons kwam er in juni 1946 een zusje bij! Bij de familie Depoorter werd ook in juni 1946 een dochtertje geboren, Christiane . Zij en mijn zus Maria waren exact zelfde leeftijd en waren lang buren in Edegem.’
Getroffen door dit verhaal? Laat een reactie achter. Dat kan hieronder of op de herinneringspagina van Jeannine, deze link.

Heel boeiend om achtergebleven verhalen uit die tijd te lezen om zo een beeld te krijgen van dat drama toen.Herinneringen om te blijven voort te vertellen tot in lengte van dagen.
Raymond De Bruyne
LikeLike